
Mij ontbreekt niets
In tijden van ziekten en nood grijpen we vaak terug op Psalm 23. Het zijn prachtige, troostende woorden. Het is een psalm die ons raakt door zijn poëtische schoonheid en eenvoud. De troost komt niet voort uit een dieper begrip door een woord-voor-woordexegese; de psalm spreekt voor zichzelf. Zoals een bloem niet mooier wordt door een biologische beschrijving, maar je raakt door haar schoonheid, zo ook deze psalm.
De psalm straalt een serene rust en vertrouwen uit. Want God is de herder. En daarom is het goed. Hoe dan ook. Dat is onze troost. Soms wordt er gezegd dat David deze psalm gecomponeerd heeft in zijn jonge jaren als herder omdat de tekst spreekt van een leven dat relatief eenvoudig was en waarin vertrouwen op God makkelijk was. Dan is het niet moeilijk om dankbaar te zijn en God als herder te zien.
Maar ik weet het nog zo net niet. We lezen Psalm 23 graag als het leven tegenzit, bij een ziekbed of ander lijden. Dat laat zien dat de psalm meer diepgang heeft, en misschien wel meer doorleefd is dan wij veronderstellen van het naïeve geloof van een jonge herder. Want de woorden geven houvast aan degenen die juist door een dal van diepe duisternis gaan.
Doorleefd vertrouwen
Er zijn dalen van diepe duisternis, er zijn vijanden, maar God is bij ons. Dat verandert alles. Dat is ons vertrouwen. De psalmist drukt geen naïef vertrouwen uit dat met God ons niets kan overkomen. Het is een doorleefd vertrouwen dat wát er ook gebeurt, God bij ons is. Dat geeft ons moed.
De psalm is misschien geen beschrijving van de realiteit op dat moment. Want in tijden van lijden ontbreekt het ons wel aan dingen. We zijn wél bang, we maken ons wel zorgen. Maar door het uitspreken van ons vertrouwen op God ondanks alles, krijgen we ook meer vertrouwen. Door de psalm (hardop) te lezen, kan ons vertrouwen weer groeien.
Het is zoals mijn oma zei: “Met ons gaat het goed, en als het niet goed gaat, dan nog gaat het goed, want we hebben God”. Laat dat ons vertrouwen zijn. Laat deze psalm onze grond zijn als we het allemaal niet meer weten, als alles uit elkaar lijkt te vallen. De Here is mijn herder, mij ontbreekt niets.