Probleemgericht bidden
Hoe wij bidden, zegt veel over hoe wij over God denken. Zo merkte ik dat ik de laatste tijd vooral bij God kwam met lijstjes. Lijstjes van dingen waarvan ik graag had dat God daar wat aan zou doen en lijstjes van personen die zijn hulp wel kunnen gebruiken.
Wat daarbij vooral opviel, was dat het lijstjes met oplossingen waren. God, als u dit doet dan is het probleem weer verholpen. En als u nu dat doet dan is die persoon ook weer gelukkig. Mijn gebed werd een soort van actielijstje voor God. Als ik eraan dacht, bedankte ik hem ook als hij een item kon afvinken van het to-do lijstje.
Het hart luchten
Als ik dan de psalmen lees, valt me op dat dat géén lijstjes zijn. Als ze vragen om hulp komen ze bij God aan met het probleem, niet noodzakelijk met de oplossing die ze van tevoren bedacht hebben. Want zou God zelf niet beter weten hoe hij iets kan oplossen?
Neem bijvoorbeeld Psalm 69. De psalmist besteedt de meeste tijd aan het voorleggen van zijn problemen aan God. Hij lucht uitgebreid zijn hart, inclusief alle negatieve emoties. Tussendoor vraagt hij God om hulp omdat hij weet dat hij alleen van hem hulp kan verwachten. Maar van de 37 verzen zijn er maar 6 verzen waarin hij met concrete suggesties lijkt aan te komen (23-26;28-29), hoewel die net zo goed onder het kopje ‘het hart luchten’ kunnen vallen.
Probleemgericht bidden
Het verschil tussen beide manieren van bidden, is groot. Als ik bij God kom met een oplossing denk ik het beter te weten dan hem. Als ik bij God kom met een probleem (zonder de oplossing al aan te dragen) dan vertrouw ik erop dat God zelf weet wat hij het beste aan de situatie kan doen. Het is een kwestie van de verhoudingen juist zien.
Toen ik dit besefte, begon ik meer probleemgericht te bidden in plaats van oplossingsgericht. Dat veranderde de inhoud van mijn gebed behoorlijk. In plaats van lijstjes op te sommen, leg ik God de problemen voor waar ik – of een ander – tegenaan loop. Het maakt mijn gebed een stuk relationeler. Het veranderde ook mijn houding: God weet wat het beste is voor mij, niet ikzelf. Hij heeft alles in zijn hand. Daar komt nog bij, hij is een stuk creatiever in het bedenken van oplossingen dan ikzelf. Ik had bijvoorbeeld nooit kunnen bedenken om de Rode Zee te laten splitsen om zo in een uitweg te voorzien.
Het beste van al is, ik hoef het allemaal niet zelf op te lossen maar ik kan mijn problemen met een gerust hart bij God neerleggen en mijzelf aan hem toevertrouwen.